vrijdag 5 december 2008

Entropie-II

Entropie, iets essentieels in ons leven, wordt nog altijd niet goed begrepen. Dat wordt weer bevestigd in het overigens interessante artikel over Lévi-Strauss in de Volkskrant van 28 november. Entropie is niet het ontrekken van energie aan de omgeving maar de gang van energie van bruikbaar naar onbruikbaar. In een woestijn, waar de meeste zon meteen teruggekaatst wordt, is er een hoge entropie. Maar de ontwikkeling van het aardse leven, waaronder ook de mens en zijn pre-moderne cultuur, wordt gekenmerkt door één grote exercitie om die zonneenergie op te vangen en haar verval tot onbruikbaarheid uit te stellen. Oftewel om steeds meer te doen met dezelfde hoeveelheid energie. De complexiteit van een systeem hoeft ook niet te betekenen dat het entropisch effect groter is maar kan integendeel juist entropieverlaging betekenen. Wat wel weer klopt is dat de geïndustrialiseerde maatschappij één grote thermodynamische machine is geworden die de biosfeer aantast. Maar dat heeft te maken met de enorme input van fossiele en nucléaire energie die van de maatschappij een energie-verspillende junk heeft gemaakt en van de zon een zwakke alternatieveling. Alle over vele eeuwen naarstig opgebouwde systemen voor het opvangen en doorgeven van energie en materiaal ( = opgeslagen energie) raakten in de versukkeling. Ons moderne probleem is niet dat er te weinig energie is maar juist teveel. De huidige economische malaise kan prachtig helpen om tot een intelligentere maatschappij te komen, met een veel lagere entropie.

donderdag 30 oktober 2008

Evolutie

De menselijke ontwikkeling noemt Joop Goudsblom een blind proces, zonder richting, zonder doel. (NRC-H. Zaterdag &cetera, 9 aug. 2008) Zonder deze uitspraak te bestrijden, toch een aantekening. De ontwikkeling van het aardse leven wordt gekenmerkt door een steeds meer doen met een zelfde hoeveelheid energie, die van de zon. Het is jammer dat in de net verschenen Bètacanon bij Entropie de voortdurende vermindering ervan door de levensordening niet vermeld wordt: uitbreiding van de voedselkringloop, van levensnetwerken, de biodiversiteit e.d. Planten en dieren, waaronder de mensen, zijn onderdelen en instrumenten van dit proces van zelforganisatie. De entropievermindering zou men de rode draad in de levensgeschiedenis kunnen noemen. Vaak waren er verstoringen, van vulkaanuitbarstingen en meteorietinslagen tot overpopulatie, ontbossing en overbegrazing, waarna er weer herstel volgde. Entropievermindering als onbewuste levenskracht waarvan dat zich enigszins geestelijk ontwikkelende dier, de mens, zich nu terdege bewust zou moeten worden.

De spannende en precaire relatie tussen de zonne-energie en wat ook wel ‘informatie’ genoemd wordt is recentelijk wreed verstoord door het tijdperk van de fossiele brandstoffen dat op de historische tijdschaal geplaatst maar van zeer korte duur zal zijn. De enorme entropieverhoging werd in belangrijke mate veroorzaakt door het zich met de bourgeoisie uitbreidende systeem van geld-moet-groeien. Alle remmen moesten los en kònden los dankzij kolen en olie. Emancipatie en democratisering hebben daarbij ook een rol gespeeld.
Goudsblom noemt als de drie bepalende stadia in de menselijke ontwikkeling de vuurbeheersing, het ontstaan van landbouw en de industrialisering. Daar komt nu hopelijk de grootste uitdaging bij: de beheersing van ons zelf. Een verandering van de Westerse mentaliteit van ‘alsmaar vooruit’. Deze wordt versterkt of zelfs gevormd door de ‘moderne’ groei-economie die alles en iedereen beheerst en waarvan het resultaat nu, door de ontregeling van onze biosfeer, steeds negatiever wordt. Deze economie te veranderen of te temmen is dus wellicht nog effectiever. Daartoe is nu juist nodig een bewust proces met een doel en een richting. In ieder geval voor even.

Overheidsgeld

Het is jammer dat een aantal gemeenten en provincies een deel van hun geld, zoals nu blijkt, naar het buitenland hebben gestuurd. Hadden zij het nationaal ondergebracht, dan was er meer kans geweest dat het in ons eigen land was geïnvesteerd. In de crisistijd van de jaren '30 van de vorige eeuw pleitte Keynes er ook voor dat het geld zoveel mogelijk binnenslands bleef. De ASN-bank had al twee jaar geleden in Oost-Brabant een streek-rekening, gericht op duurzaamheid, geopend waar de bewoners aldaar op kunnen sparen. Enkele gemeenten daar hebben er ook geld op weggezet. Het geld -nu over 40 miljoen euro- wordt in de streek geïnvesteerd. Wellicht krijgen de inleggers een fractie minder rente dan elders, maar dat wordt gecompenseerd door een verlevendiging en 'vergroening' van de regionale economie. Moge de huidige overheidsbemoeienis met banken en bedrijven de economie niet ouderwets aanzwengelen zoals Van der Hoeven van Economische Zaken en andere achterlopende lieden willen, maar meteen intelligenter maken, dat wil zeggen zo omvormen dat zij niet langer haar aardse draagvlak verruïneert. Overal in de wereld zijn daar al plannen voor en aanzetten toe.

maandag 27 oktober 2008

Geologen en klimaatverontrusten

De klimaatsceptici willen zich nog wel eens beroepen op de geologische ontwikkelingen op onze planeet. Dan valt de naam van Salomon Kronenberg vaak, omat hij wel gevraagd wordt. Ik heb wel eens met hem gedebatteerd, en dan merk je dat een echte professor so wie so gehoor vindt.

Denken valt niet mee.
Er zijn lang-termijnige ontwikkelingen – het thema van geologen.
A propos, in mijn schooltijd las ik uit belangstelling de hele vdVlerk@ Kuenen, een boek dat later DE propaedeuse-stof bleek te zijn voor mijn geologische medestudenten.
En er zijn korter-termijnige ontwikkelingen.
Zoals wat er in onze biosfeer gebeurt, bijvoorbeeld sinds de laatste IJstijd.
En altijd speelt de zon ook een rol, naast de plaatverschuivingen en CO-2 schommelingen.

Op de korte termijn bezien, zeg de periode van de menselijke prehistorie en historie, is er duidelijk ontbossing, man-made woestijnen, soorten-uitroeiing en toename van CO2, zeker sinds het gebruik van kolen. Terwijl juist AFname van vrije koolstof (wegzakking in de bodem vòòr totale verrotting) zorgde voor meer vrije zuurstof; en zo ook voor de ozonlaag die maakte dat complexere moleculen vanuit de zee het land op konden. (Nu zit ik even ver voordat de mens meende te moeten ontstaan!) (Ja, naast de opwarming is er altijd ook nog de gevaarlijke verdunning van de ozonlaag… Zodat Australische boeren met lange mouwen op hun tractoren zitten…)

Afijn, hou dat in de gaten, die korte en lange termijn ontwikkelingen.
Op zich hebben de geologen gelijk. Maar de klimaat-verontrusten ook.
Trouwens, Kronenberg erkent nu zelf ook dat er een menselijke invloed is in wat er nu aan de hand is. Eindelijk, na zoveel halstarrigheid in debatten!

PS Wie mijn Economie Ondersteboven bezit: bekijk eens bijlage 3, Op weg naar Venus?: een artikel uit de New Scientist uit 1992, toen al ernstig waarschuwend voor oa. het loskomen van methaan. Slot: “De VN willen draconische maatregelen, maar het is te laat.” 1992!
Kom, op naar de golfbaan, Bonaire of de bungelow in Frankrijk!

Overheidsgeld

Het is jammer dat een aantal gemeenten en provincies een deel van hun geld, zoals nu blijkt, naar het buitenland hebben gestuurd. Hadden zij het nationaal ondergebracht, dan was er meer kans geweest dat het in ons eigen land was geïnvesteerd. In de crisistijd van de jaren '30 van de vorige eeuw pleitte Keynes er ook voor dat het geld zoveel mogelijk binnenslands bleef. De ASN-bank had al twee jaar geleden in Oost-Brabant een streek-rekening, gericht op duurzaamheid, geopend waar de bewoners aldaar op kunnen sparen. Enkele gemeenten daar hebben er ook geld op weggezet. Het geld -nu over 40 miljoen euro- wordt in de streek geïnvesteerd. Wellicht krijgen de inleggers een fractie minder rente dan elders, maar dat wordt gecompenseerd door een verlevendiging en 'vergroening' van de regionale economie. Moge de huidige overheidsbemoeienis met banken en bedrijven de economie niet ouderwets aanzwengelen zoals Van der Hoeven van Economische Zaken en andere achterlopende lieden willen, maar meteen intelligenter maken, dat wil zeggen zo omvormen dat zij niet langer haar aardse draagvlak verruïneert. Overal in de wereld zijn daar al plannen voor en aanzetten toe.

zondag 19 oktober 2008

Over geloof, Christendom en vooruitgang

Geloof, kerk, God, meditatie - ze hebben me altijd geïntrigeerd.


Maar ik ben niet gelovig opgevoed. Mijn ouders waren wel kerkelijk getrouwd, meen ik. Remonstrants, zoals gebruikelijk in bepaalde bourgeois milieus.


"Als je op een schilderij een man bezig ziet een kind de keel door te snijden of twee vrouwen een oude man ziet dronken voeren, dan moet je weten over wie het gaat." Zo probeerde mijn vader mij, nog op de basisschool, te overreden om de facultatieve bijbelles erbij te nemen. Dat deed ik dus maar, en leerde over het offer van Abraham, Loth en zijn docchters en nog veel meer uit de beide Testamenten.


Mijn ouders zelf waren min of meer humanistisch maar niet atheïstisch, misschien eerder agnost (wij weten het niet, het kan zus, zo of niet zijn). Af en toe gingen zij naar een dominee als Amsterdam Oud-Zuid (zij woonden in de hoofdstad) daar verrukt over deed - daar bleef het bij.


In mijn studententijd raakte ik een tijdje enigszins in de ban van de figuur van Jezus; ik meen als tegenwicht van de ook door mij gewaardeerde Nietzsche. Op aandringen van de gelovige moeder van mijn toenmalige vriendin werkte ik een zomer lang op de boerderij van een vacantiecentrum van de Church of England. Daar hadden ze echter algauw door dat ik als weinig overtuigd gelovige het meest geschikt van alle werkers was om op zaterdag, voor de zondagse feestmaal, het heidense karwei van hanen slachten te verrichten.


Wat ik aardig vond van de Anglicaanse dienst was dat er meer liturgie is dan in de protestante kerken. Daarom dat ik ook in Frankrijk wel eens met mijn Franse vrienden ter R.K. kerke ging. En het samen zingen heeft altijd mijn hart. Mensen die zich met moeite hebben ontdaan van een katholieke of gereformeerde opvoeding zijn vaak allergisch geworden voor de kerkgang. Maar voor mij is het zoals ik in Azië een Boeddhistische of wat dan ook tempel bezoek.


Later in mijn leven - politieker bewust, sinds m'n geboorte zeer sociaalvoelend en dus links geworden - ging ik graag in Jezus een opstandeling zien, een volgeling van de verzetsman Jan de Doper, een leider van vissers en boeren die er onder de Romeinse bezetting het beste van probeerde te maken. Dit is overigens, meen ik, een historisch aanvechtbaar beeld.


Over Jezus


Gods' zoon, daar had ik moeite mee. Is de promotie tot Gods' zoon niet het werk van zijn latere volgelingen en hun kerk? "Jezus en wij allen zijn kinderen van God" - dat gaat nog wel. Ik meen dat er een kleine christelijke stroming is die in hem dan ook 'slechts' een mens ziet. Waarmee ik het bijzondere van Jezus niet wil kleineren. Maar ik plaats hem toch meer in de aardse buurt van mensen als Gandhi, Rosa Luxemburg, Boeddha, Mohammed, Florence Nightingale, Mandela, Spartacus en mijn lieve moeder. Plus de talloze onbekende Goeden: de belangeloze werkers in wijken, dorpen en families, in partijen, kerken en instellingen, de sociaal-voelenden, de sobere, niet-egoïstische 'aristoi' aan wie Plato het bestuur van zijn ideale staat wilde toevertrouwen. (Misschien vormen zij wel het stille cement van de menselijke beschaving…)


Recalcitrant als ik ben, zou ik het aardig vinden als er eens een film over Jezus kwam waarin hij werd neergezet als een rechtvaardige en intelligente maar ook wel driftige en felle kleine man, een autodidacte rabbi, stug als een Van Gogh en lastig als een Socrates, en zeker met charisma. Dit als tegenwicht van de zoete man die de renaissance-schilders en de R.K. kerk van hem hebben gemaakt.


Jezus zou niet hebben bestaan? Daar heb ik nooit aan getwijfeld. Op het gymnasium las ik bij de Romeinse geschiedschrijver Tacitus de nuchtere, afstandelijke paragraaf over hem (Annalen 15-44). Zeker waarheidsgetrouw.


Ook las ik ergens over de parthenogenese, de geboorte uit een maagd. Het was een kwaliteit die al eerder aan bijzondere mannen werd toegedacht. Aan de Chinese filosoof Lao Tse bijvoorbeeld (600 v. Chr.) en aan de Griekse koning en veldheer Alexander de Grote (330 v. Chr.).(1) Parthenogenesis als epitheton, als sierende toevoeging.


Interessant is die onbevlekte ontvangenis. De meeste mensen denken aan een spontane, goddelijke verwekking. Anderen menen dat het betekent dat Jezus bij de geboorte niet belast werd met de erfzonde. Zou Jozef er niet aan te pas gekomen zijn? Hij, immers uit het huis van David, vormt mooi wel de link tussen het Oude en het Nieuwe Testament!


Over wonderen


Mijn vader had in zijn studententijd een poos bij de christelijke studenten gezeten. Daar was een dominee die zijn pupillen voorhield dat je de wonderen van Jezus vooral niet letterlijk moest nemen. Zij waren overdrachtelijk bedoeld. Door gelovig te worden werd je van blind ziend en van kreupel goed lopend, werd je van dood levend.


Denk ook aan de opgewektheid van blije Christenen. Je hebt altijd iemand bij je! Ik ken mensen die menen permanent, uiteraard onzichtbare, begeleiders te hebben. Heerlijk lijkt me dat. Inderdaad om lichtvoetig van te gaan lopen, blij te gaan kijken, je opgewekt (Lazarus!) te gaan voelen.


Als je de wonderen als echt zou brengen, aldus die studenten-dominee, zou dat net zo iets zijn als de Europeanen die de Indianen probeerden te winnen met kralen en spiegeltjes. Als je op die manier gelovigen probeerde te winnen, was dat minderwaardig. Dat vertelde mijn vader mij eens terloops.


Ik ben daarover gaan nadenken. De duivel probeert in de woestijn Jezus over te halen om wonderen te verrichten. Om van stenen brood te maken of om van een hoogte naar beneden te springen. Jezus wijst dat af. Maar de kerk heeft dat vervolgens nìet afgewezen maar integendeel de wonderen uit het Nieuwe Testament (N.T.) gecultiveerd tot prominent onderdeel van haar propaganda.


Hoe de kerk de christelijke leer helemaal geperverteerd heeft wordt prachtig beschreven door Dostojevski in De Gebroeders Karamazov, in het verhaal over de Groot-Inquisiteur. Geperverteerd of, zoals deze kerkvorst zegt: aangepast aan het volk. Want wat Jezus leerde was volgens hem te moeilijk, alleen geschikt voor sprinkhanen etende asceten.


Terzijde, ik vind het verhaal over de Groot-Inquisiteur veel sterker dan de tegenhanger ervan: het testament van de priester Zosima. Vaak hebben de gelovigen het moeilijk tegenover de atheïsten! Wordt het boek nog gelezen? De conflicten tussen de broers, zoals tussen hoofd, hart en lichaam. Ik heb er als jongen van genoten. Dostojevski hielp mij bij de ontwikkeling van zelfkennis.


Terug naar de Nieuw-testamentische wonderen.(2) Vijf broden worden er duizend, kannen met water komen vol wijn, visnetten worden opeens overvol opgehaald en Jezus blijkt over water te kunnen lopen. Er zijn mensen die ervaring hebben met bovennatuurlijke krachten en zaken. Die hebben geen probleem met een bovennatuurlijk begaafde en genezende Jezus. Die vind je immers ook bij sommige shamanen, goeroe's, priesters, dokters, heksen en dergelijke mensen? (Ik ga even voorbij aan hetgeen deze mensen bij hun cliënten, soms of vaak immers ziek, door suggestie teweeg brengen aan zelfgenezing.)


"Eli, Eli, waarom hebt Gij mij verlaten?" is de laatste verzuchting van Jezus aan het kruis. Antwoord: Omdat dit soort fysieke wonderen niet bestaan.


Ik heb echter nòg een krachtig argument bedacht (en anderen zullen daar ook wel op gekomen zijn) voor de overdrachtelijkheid van de N.T. wonderen. Als Jezus die werkelijk zou hebben verricht, zouden hij en zijn volgelingen alle Joden en nabije volkeren terstond overtuigd hebben dat hij de Messias was. Een blinde ziende maken, iemand die al drie dagen dood in zijn graf ligt weer tot leven wekken - het is niet mis! Daar moet de hele wereld toch voor plat gaan, zou je zo zeggen. Duizenden mensen gaan al door de knieën voor een goeroe die wat as uit zijn hand tovert…. Maar nee, de Joden erkenden Jezus niet als de Messias. Het is, zoals boven al geopperd (en door velen eerder), ook maar de vraag of de rabbi Jezus niet vooral ná zijn tijd op een zo hoge troon gezet is door latere generaties volgelingen en de door hen gestichte en ontwikkelde kerk.


Over naastenliefde


Jezus predikte de naastenliefde. Hoe sterk, denk ik dan, moet daar toen dus de haat of onverschilligheid opgekomen zijn! Ik denk dat stammen bezig waren uiteen te vallen. Families en dorpen beconcurreerden elkaar, streden tegen elkaar, gemeenschappen brokkelden af. Wij in onze moderne steden zijn daar nu aan gewend, maar misschien was die groeiende afstand tussen de mensen, toen en daar, nog een enigszins nieuw verschijnsel.


In hechte gemeenschappen, dorpen of stammen is geen liefde nodig om samen te werken en bij elkaar te blijven. De leden of bewoners zijn allemaal broers en zusters of minstens neef en nicht voor elkaar (nee, niet noodzakelijkerwijs van elkaar). Traditie, cultuur, familiebanden, taal en vooral de noodzaak tot samenwerking ter overleving houden de mensen bij elkaar. Samenwerken om het land te bewerken, om huizen te bouwen, om te vissen, te jagen en zich te verdedigen tegen wilde beesten en andere stammen. Er is de keiharde materiële noodzaak tot overleving, de gezamenlijk uit te voeren economische bedrijvigheid die -om een moderne variant voor naastenliefde te gebruiken- solidariteit vereist en garandeert. Daar hoeft geen liefde gepreekt te worden. [Vandaar dat ik bij een organisatie werk die de ontwikkeling van regionale economieën voorstaat. Om ecologische (= langtermijn-economische!) redenen, maar ook als materiële basis voor mensen om samen te werken, weer dichter bij elkaar te komen, althans minder geatomiseerd te zijn. Zie www.aarde.org. Ik vond het altijd zo merkwaardig en triest iemand als oud-premier Kok solidariteit te horen preken, terwijl hij ondertussen, goed-bedoelend, een ellebogen-economie zich verder liet ontwikkelen. Hetzelfde geldt trouwens voor de christelijke kerken die al 2000 jaar lang met weinig succes de liefde op ons ingepreekt hebben.)


Over geloof


Ik beschreef zo juist een wat wij noemen primitieve nederzetting. Onze voorouders in long-houses en met een os en een steenploeg de akker lostrekkend, zoals je die nog vindt op Kalimantan, in de Amazone-wouden en in Afrikaanse en Aziatische dorpjes en stammen. Onze 'primitieve' voorouders waren … zonder geloof. Onze voorouders geloofden niet! De geesten van bos, huis, dieren, rivier - ze waren er gewoon. Gewoon werkelijkheid. Niks te geloven nodig. Ze wáren er eenvoudig voor hen.


Daarbij vergeleken is geloven eigenlijk van een lagere orde. Zeker als dat door godsdiensten onderhouden moet worden. Een godsdienst aanhangen met de kerk als onmisbaar hulpmiddel staat dan helemaal onderaan.


Hierop is overigens wel wat af te dingen. In het middeleeuwse Europa was ongeveer iedereen gelovig, diep-gelovig zelfs. Jezus en andere heiligen liepen er als het ware nog een beetje tussen de mensen rond. De bijbelverhalen werden uitgebeeld met mensen in de eigentijdse kledij en omgeving. En nu nog altijd is de kerkgang, zeker in wijken en dorpen, een gemeenschappelijke gebeurtenis van enig belang.


Vroeger was de band met God of de goden er één van de hele stam, groep of dorp. Door de individualisering is die verdwenen, en vervangen door een eigen, persoonlijke lijn naar God.


In onze tijd en in onze contreien zijn God en zijn zoon bijna weg. Overigens komt dat mede door de 'verticalisten' die (in tegenstelling tot de zgn. horizontalisten) hemel en aarde, het spirituele en het maatschappelijke, zo nodig moesten scheiden en God daarmee versneld de wereld uitgebonjourd hebben.


Voorschriften van 2000 jaar (Bijbel) of 1400 jaar (Koran) geleden volgen is, ondanks vele tijdloze nuttige aanbevelingen of geboden, niet altijd meer een verstandige bezigheid.


God dus weg. Priesters en dominees, bijbel en kerkleer geen gezag meer. Is dat erg?


Over God


God schiep de mensen 'naar zijn beeld', staat er in Genesis. 'Als zijn gelijkenis'. Dat komt eigenlijk wel heel dicht bij de opvatting dat God omgekeerd een schepping van de mensen is. Ook dit dilemma hoeft niet dramatisch te zijn.


In pedante vlagen tijdens mijn puberteit (en daarna ook nog wel) denk en zeg ik wel eens, vrij naar Kloos: "Ik ben een god, en niet eens zo diep in mijn gedachten…" Tegelijk vind ik het knielen mooi, de nederigheid daarvan. Goede oefening voor de pedante mens.


Over God scheppen of invullen gesproken, ik kan me voorstellen dat in een omgeving waarin het tamelijk gemakkelijk is om te overleven God of de godheid een redelijk vriendelijke macht is. Maar zo'n harde, wraaklustige Jahwe? Vindt die zijn oorsprong in geërodeerde streken waar de zon van weldoend onbarmhartig is geworden? God of de goden die mee-transformeren met de ecologische omstandigheden?


(NB. Het hele Nabije en Middenoosten, zoals ook het Middellandse zeegebied, zijn dramatisch geërodeerd. Vroeger was het er veel groener, zoals Homerus, Bijbel en Koran ons vertellen. We vinden er vele stokoude steden of resten daarvan. En ze bouwden daar echt geen steden in de woestijn. Eigenaardig daarom die verfilmde bijbelverhalen, daar vaak in het zand en op de kale berghellingen opgenomen! Ik zeg wel: waar zand is, wàs beschaving. Neem me niet kwalijk. Ik kan het ecologiseren niet laten.)


De definities van God zijn legio. Opperwezen, almachtige, schepper van alles, oerkracht, e.d. Bij ons ontwikkelde hij zich vooral tot Het Goede.


Als jongen -helaas al vroeg (vanwege mijn recalcitrante aard?) behept met een sterk gevoel voor dialectiek- sprak ik van Gotan, omdat ik vond dat een goede God alleen kon bestaan als er ook een kwade Satan was. Zo'n godsbegrip komt dan dicht bij de oppergod van de oude Grieken -Zeus- die, meen ik, zowel schept als vernietigt. Ook in andere godsdiensten is er zo'n oppergod, bijv. Shiva bij de Hindoe's. Dit komt dan dicht bij het onberekenbare lot, Fatum. Liefde voor de Heer of zelfs 'Jezus redt' wordt dan zo een aanvaarding van het lot, een amor fati.


Begrijpelijk dat oude, statische landbouwmaatschappijen, zoals India dat destijds nog niet aangeraakt was door de vooruitgangsgedachte, zo'n 'fatalistische' godsdienst hebben. (Heeft onze God van het Goede iets te maken met technische en economische vooruitgang, met de maakbaarheid van de maatschappij?)


De god van de Christenen werd dus vooral een goed-doener. (Daarbij horen overigens ook zijn Ondoorgrondelijke Daden als ziekte, dood en verwoesting bij. Iwan Karamazov, de meest verstandelijke van de broers, verwerpt God vooral vanwege het lijden van kinderen.) Onze God werd vooral geweten. Hij kwam in de plaats van het collectieve stam-geweten (of groepsinstinct) van onze primitieve voorouders. Daarom hebben de mensen hem geschapen. Of hun beeld van hem op hem geplakt.


God als collectief geweten - heel belangrijk. Wie heeft ook alweer gezegd dat als God niet bestond, wij hem dienden uit te vinden?


Vooruitgang?


Het evangelie van de liefde (het de andere wang toekeren -kunnen we dat eigenlijk al wel?- is een flinke stap verder dan wraak nemen…) kwam niet uit het niets en gaat ook niet nergens heen. Belangrijke, gelaïciseerde erfgenamen -of kinderen- zijn het humanisme er het socialisme. Daar mag het Christendom best trots op zijn. (3)


Ik zie in de humanist, in de mens van Montaigne, Erasmus, Spinoza e.a. en in de 'honnete homme' van Montesquieu en Duperron iemand bij wie het geweten (weer) in het ruggemerg terecht is gekomen. Het hoeft niet meer van buiten opgelegd te worden, er ingepreekt te worden. De mens is waarlijk een stukje God zelf geworden, een beetje naar zijn beeld.


Daarmee moeten we vooral niet in een verwaand gevoel van Übermenschlichkeit vervallen. En zeker mag hij van mij pas heersen over al wat leeft, zoals ons volgens Genesis zou zijn opgedragen, als hij zich een diep-ecologisch inzicht heeft verworven. Kan dus nog wel even duren… Toch is onze speciale hersenmassa wat ons onderscheidt van de andere dieren en wat ons als het ware opdraagt om daar wat goeds en interessants mee te doen. Een Amerikaanse geleerde zei eens in een tv-programma van Wim Keizer: "In de evolutie is het heelal bezig zich van zichzelf bewust te worden." Vraag: Door de mens? Antwoord: Niet noodzakelijk. Maar de mens kan daarin wel een schakel zijn. (4)


Ik kan me hierbij wel wat voorstellen, maar dan wat eenvoudigers, minder verhevens. Namelijk dat we met onze intelligentie zorg moeten dragen voor de aarde en voor al wat leeft (zoveel mogelijk dan). Dat we er met onze intelligentie heel misschien voor kunnen zorgen dat we de aarde -de tak waarop wijzelf zitten!- niet langer mollen. En ook dat we heel misschien kunnen zorgen voor (weer) wat meer saamhorigheid, rechtvaardigheid en dergelijke. Égalité, fraternité et liberté (mijn praktische volgorde) als doel en taak. En dan via ons verstand en bewust gevoel, omdat we ons instinct daartoe kwijt zijn geraakt (tenzij het onderhuids nog een grote rol speelt; want weten we wel waar verstand en gevoel vandaan komen?) (Terzijde: Ik heb nooit goed verstand en gevoel kunnen scheiden… M.i. is verstand - of moet ik zeggen: intelligentie?- gebaseerd op gevoel.)


Het geweten, met of als een stukje God, in ons ruggemerg: het hoeft (als het geen instinct is, als het niet aangeboren is) niet het resultaat van een individuele inspanning te zijn; er kan hierbij ook geholpen worden vanuit gezin, familie, buurt, school, overheid, vrienden, e.d.


Het geweten in ons ruggemerg. Ik kan dat alleen maar als vooruitgang zien; alweer een klein stapje dat de mensheid zet op het glibberige pad van haar beschavingsontwikkeling.


En vanuit den hoge keek God op ons neer en zag dat het goed was. Hij had altijd al gevonden dat de mensen het zelf moesten opknappen.


*

Dit had ik geschreven toen ik enige jaren later nog eens Genesis opsloeg. En wat lees ik in 3-22, dus na het eten van de boom van goed en kwaad, onze zondeval? "En de Here God zeide: Zie, de mens is geworden als Onzer een door de kennis van goed en kwaad." God die dus als het ware de zondeval verwerkt heeft en de zondige mens, die nu juist met zijn zonde een flinke stap in Zijn richting heeft gezet (ja, het tot "een van ons" heeft gebracht), accepteert. (En de hof van Eden uitgooit.)


Waarom kende ik die passage niet? Is zij de kerken en de clerus niet zo welkom?

Een stap verder (te ver?), en hier ook de onbedoelde erkenning dat het de mensen zijn die God geschapen hebben?

*

Als einde van dit stuk nog iets ter verduidelijking van mijn eigen positie en gevoel. Ik ben geen atheïst, meer een agnost. Maar onder het al dan niet gnotein (weten) ligt een gevoel van verbondenheid. Ja, ik ben dan geen gelovige maar wel een diep-religieus mens. In de zin van verbonden met al wat leeft, de mensen om mij heen, de wereld, de cultuur (dan vooral, door waar mijn wieg stond, de West-Europese; de 'geesten van de voorouders' horen daarbij), de kosmos. (Dit komt, bedenk ik me, dicht bij het hebben van begeleiders of zo iets. Je bent niet gauw echt helemaal alleen…) Een materialist (in filosofisch-historische zin), en tegelijk religieus.

Wat daar voor mij bij komt (en hoort): ik draag het leed van de hele wereld op mijn schouders. Zonder daar overigens aan onderdoor te gaan; ja, ik tors dat allemaal zelfs met een zekere opgewektheid.

Religieus maar niet gelovig - kom ik dan toch dicht uit bij de Amazone-indiaan?

-------------------------------------------------------------------------------------

1) Filosoof, historicus, veldheer - je moet het er tegenwoordig allemaal bijzetten vanwege het huidige kennispeil (verzuchtte de oude heer…)

2) In 1984 heb ik hierover brieven gewisseld met F.O. van Gennep, toen hoogleraar theologie te Leiden die ik nog van vroeger kende. Bij mij op te vragen.

3) Volkskrant 22 mei 2002: In België hebben de franstalige christen-democraten, in navolging van hun Vlaamse collega's, hun naam veranderd in Humanistische Democraten.

4) Uitwijding: hier moet ik denken aan de ontwikkeling van het aardse leven dat eigenlijk steeds stapsgewijs zèlf de omgeving heeft geschapen (of lijkt te hebben geschapen) voor zijn verdere ontwikkeling. (Bijv.: planten vrije zuurstof ozonlaag leven kon het land op.) Je kan hier een Hogere Bedoeling achter denken, of gewoon een toevallige ontwikkeling. Als onderdeel van dit historisch-biologische proces, een onderdeel met enige eigenwaarde, vind ik het niet zonder meer een toeval. Terwijl ik ook die Bedoeling nog maar moet zien. Op de vraag naar de zin van het leven, antwoord ik wel eens: zin hebben. Daarmee stuur ik meestal de vraagsteller het bos in. Maar ik sluit ermee aan bij het élan vital, de levensdrang die de franse filosoof Bergson als motor ziet van de voortdurende zelfontplooiing van het leven.

Als ik nog even mag: de natuur zit vol wonderbaarlijkheden en achter elke verklaring of ontdekking rijzen nieuwe vragen of onbekende gebieden op. Als nu in de huidige discussie over evolutie of schepping (creationisme) de ene partij wonderbaarlijk met een kleine w zou schrijven, en de andere partij met een hoofdletter - dan zijn we er toch uit?

Willem Hoogendijk mei 2002

Parkstraat 28 3581 PK Utrecht aangevuld zomer 2005

T. 030-2314651 E. wh@aarde.org

woensdag 8 oktober 2008

Zwarte maandag 1987

Beste mensen van Andere Tijden,
aardige uitzending, laatst over de Zwarte Maandag in october 1987.
Voor u nu een gepasseerd station qua onderwerp, voor mij een herinnering.
Ik logeerde in Engeland bij een vriend van mij, net als ik lid van ECOROPA (een Europese milieuvriendenkring), Teddy (Edward) Goldsmith, de 'groene' broer van de steenrijke tycoon Sir James Goldsmith.
We volgden op een avond op de TV de financiële crash en juichten.
Ik omdat het kapitalisme een deuk opliep, Teddy ook, maar misschien ook om een andere reden.
Ik begreep het volgende:
Sir James en een Rothschild hadden zeer veel geld bijeen vergaard om, ik meen, British Tobacco te kopen.
Dat lukte niet, en toen gingen zij met dat grote kapitaal in de aandelen.
Die dumpten zij vervolgens in één klap tegelijk, aldus de october-crash aftrappend.
Tegen Kerstmis hadden zij, vanwege de lagere koersen, met de opbrengst een tweemaal zo groot aandelenpakket verworven.
Kijk, zo doe je zaken als je rijk bent....
Ik begreep ook dat Teddy zijn deel van de behoorlijk grote ouderlijke erfenis bij zijn gewiekste broer in beheer had gegeven; vandaar dat dat wellicht ook een reden voor hem was om met mij mee te juichen.

Nog iets: Sir James (bezat oa. uraniummijnen; hij leeft niet meer) kwam onder enige groene invloed van zijn broer (die het vooraanstaande tijdschrift The Ecologist dreef, waarin hij al zijn energie stopte en veel eigen geld;
hij was ook niet vies van directe acties, oa. een keer tegen de FAO en een bezetting van het UN-gebouw).
Door zijn broer kreeg James een afkeer van kernenergie en speciaal van het Franse nucléaire programma. (Hij woonde in Frankrijk.)
Wat doe je dan als vermogend man? Je koopt het weekblad Exprès (een soort HP/De Tijd, maar dan niet zieltogend) en geeft de redactie opdracht tegen dat programma te schijven. Als dat na een jaar of zo naar behoren gedaan is, verkoop je dat tijdschrift weer. Zo doe je dat....
Jammer dat onze milieubeweging niet zulke rijkaards kent..
(Overigens lag hij van onze kant onder vuur oa. vanwege die mijnen en helemaal zijn dubieus-conservatieve ideeën. Tegelijk hield hij echter toch ook nuttige groene praatjes in ondernemerskringen.)

Dat waren mijn herinneringen.
Succes met jullie goede programma!

Let's change the real economy as well

“The time has come to break out of past patterns. Attempts to maintain social and ecological stability through old approaches to development and environmental protection will increase instability. Security must be sought through CHANGE.” (UN report Our Common Future, 1987)

My tentative ideas about the current crisis are as follows:

Recessions, in our modern economies, are normal. For a while it was thought that recessions belonged to the past, but no longer.

Why not? Because there is a compulsion to growth (which in my heretical view is caused mainly by the modern money system, by the system of money-must-grow). Businesses have to produce a. continually, and b. with maximal output or performance. This requires continuous and maximum sales, i.e. ditto consumption. Anything hampering this will have serious economic consequences. Any sudden rise in the costs of production (oil, resources, ecological requirements) or less spending by consumers – and companies and shops immediately feel the pinch.

This economy of supply is something we’ve all got used to and take for granted. But in fact it is absurd. For it is based on, is wholly dependent on, constant and ever-growing consumption, with entrepreneurs having to produce as much as possible the whole time (or be otherwise profitable the whole time). It is an absurdity to which we have become blind, because this economy has become our natural surroundings, the very air we breathe.

What triggered off the Japanese recession several years ago? A financial crisis? That was not my judgement. It was just a slowing down of consumer purchases. Less homes, computers and cars being sold, a stagnation of building activities – all very normal. Because of the way everything is interconnected, though, this partial “calm-down” immediately affected the whole economy.

What started the recent misery in the USA? Was it developments in the financial sphere, or rather a dip in consumer spending, a slump in the value of homes, a rise in production costs? What I mean is: was is not in the real economy that the misery originally began?

Of course this had repercussions in the financial realm – with its specifically American features – and so the situation was aggravated enormously, exploded. Which in turn is bound to affect the real economy.

[An image I can’t get rid of these days (as you know, I love illustrative drawings): at the top, all the current upset and commotion in stock exchanges, banks, finance houses, government offices and many private homes, with underneath the baker baking his/her bread, the mechanic repairing a car, the farmer milking his/her cows, the mother looking after her children, the dockworker loading a ship, the miner drilling his part of the coal face, the – often kerchieved – woman cleaning your office after you’ve left – all quietly getting on with their daily work far away from all the turmoil above them.]

My point is this: let us not allow the current turmoil in the financial realm to obscure the need to transform the economy’s real domain. Which in my view means replacing the money-driven economy of supply that is ruining the surface of the planet (our very home!) by the old economy based on demand – a demand kept within ecological bounds. My now 20-year-old proposal – in April put forward at an international conference on degrowth in Paris (www.degrowth.net) and this month at a meeting of economists in Utrecht* – is to make production flexible. Demand for numerous goods and services fluctuates, so enterprises should likewise be able to fluctuate without having to close down immediately they fall behind in the rat-race, as is the situation today. This would mean a. making the remuneration of capital flexible, while tying business and investors closer together, and b. making the workforce flexible, by diversifying the sources of income of most workers (so that most people will have more than one job).**

[Another intermezzo: for most mainstreamers, today’s crisis has come out of the blue. But in the small but intelligent world of alternative-globalists, growth-opposers, greens etc., it has long been anticipated that what they are now calling the ‘balloon-economy’ was going to implode, sooner or later.]

Two passages from my paper Let’s Stop the Tsunamis (2005):

“There are several 'tsunamis' on their way to our shores. Rising sea levels and climate change, causing both storm and drought, cold- and heat-waves (and worse). Dwindling stocks of fresh water, oil and other vital products. Destruction of nature and loss of species, with whom we are so vitally connected. A run-away globalisation, market fundamentalism and emerging 'tigers' like China, India and Brazil. The upset after a collapse of the dollar or of the stock exchanges. The huge military expenditure worldwide. Continuing disintegration of our own societies, undermining of standards and values, and of democracy too.

All these tsunamis have an enormous capacity for damage and devastation, probably far greater than terrorism.

These are problems that need tackling by governments comprising all the major parties, for they transcend, by and large, any controversies between majority and opposition, right and left, conservative and progressive. 'All hands on deck' is what we need now.

And so we propose a solution for all industrialised countries facing structural unemployment and social disruption, a sound solution both ecologically and socially.

In doing so, I am afraid I must start with a wise word of caution from the famed economist John Maynard Keynes: "The difficulty lies not in the new ideas, but in escaping from the old ones which ramify into every corner of our minds." ”

(…..)

“We are not against globalisation, just in favour of a drastic regionalisation of the economy – the whole world over! – as an intelligent correction thereof. Some form of protectionism, possibly with regional currencies (many already in Germany and elsewhere!), will be necessary, in response to today's massively protected supranational flows of capital, and will in fact prove rather healthy, ecologically as well as socially. It will be a liberation from outside capital coming and going as it pleases, holding our governments and municipalities permanent hostage. (The more capital is mobile, the more our economies are instable.) As to Europe, our proposal would create a Europe of the regions (Denis de Rougemont) – in a world of the regions…

Our proposal is in fact not that different from the social market economy as promoted by the economist and former Bundeskanzler Ludwig Erhard, provided made very green and with full internalisaton of costs. Some people think such a market-economy should free itself from capitalism. It depends on the definition of capitalism. Perhaps a healthy step would be, as Keynes seems to suggest with his 'euthanasia of the rentier', to free capitalism from capitalists.

Certainly, our economies would be more sober than those of today, with their squander and waste, their structural overshoot, their excessive luxury. To paraphrase Goethe: "It's by constraint that the surviver is marked." (In der Beschränkung zeigt sich der [Meister] Überlebende.) A little less liberté and a little more égalité will be all to the good of fraternité. Our ‘home’-economies will be a lot more fun, they will be greener and cleaner, more social and tastier as well!

The new major economic activity worldwide: regreening our planet. All revenues from oil, coal and gas (old photosynthesis) should be used for generating new photosynthesis ('New from Old' campaign).

In 1939, Britain had to change overnight into a wartime economy. If we are to effectively tackle the problems that face us today – with our production overkill and frantic consumerism, have we not declared war on ourselves? – we need to make the same kind of sudden U-turn.

This is my Economic Revolution***. Maybe it will soon be yours.

- A liberation of production and the entrepreneur.

- Business at last operating truly sustainably, at the service of the community.

- Intelligent economy-building regionally (much activities substituting useful imports).

A move towards a life-saving economic paradigm-shift. Regenerating enthusiasm, energy and a perspective in our lives. It is now or never. We have to act fast. The 'tsunamis' are on their way.”

To conclude: I doubt whether we can continue to produce (in the sense of material production) things that are not strictly necessary. This has all to do with entropy – to our shame a notion unfamiliar to most people. But what I propose will at heart be a liberation of our whole economy. Today, the economies of the rich countries are causing such ecological and social disruption that their net result, contrary to official calculations, has become downright negative. To calm them down and achieve degrowth would therefore mean a step towards … real growth. And moreover a step towards greater human dignity and a more advanced civilisation.

After The Inconvenient Truth (thank you, Al Gore), The Happy News!

Willem Hoogendijk, Earth Foundation (wh@aarde.org) Utrecht, October 2008

---------------

* A follow-up of the Declaration of Tilburg: www.economischegroei.net (text in English)

** Further on flexibilisation: my contribution to the Paris meeting: Let’s liberate our economies! From supply back to demand. (www.degrowth.net All other papers now also available. A pioneers’ collection!)

*** The Economic Revolution - Towards a sustainable future by freeing the economy from money-making. International Books, 1991/1993. 208 pp. ISBN 90-6224-997-3 (try at Amazon). Translated into Indonesian and Czech. A French edition is in the making. [Dutch version in two parts: I. Economie Ondersteboven (The heretic analysis. ISBN 90 6224 287 1, but no longer available in bookshops) & II. De Grote Ommekeer (Solutions), available from www.aarde.org]

Kernenergie

De presentatie van alle voors en tegens inzake kernenergie is een lovenswaardige exercitie (Volkskrant, Het Betoog, 4 oktober 2008). Maar iets essentieels ontbreekt eraan. De evolutie van het leven op Aarde, inclusief tot voor kort de mens en zijn cultuur, wordt gekenmerkt door een steeds meer doen met eenzelfde hoeveelheid energie, namelijk die van de zon. Die energie wordt opgevangen en, ook in haar opgeslagen materiële vorm, doorgegeven met behulp van slimme systemen bestaande uit talloze trucs, netwerken en kringlopen. Het gaat dus om het zoveel mogelijk uitstellen van het verval van de zonneenergie tot onbruikbare warmte. Anders gezegd: als grote drive van het leven kan gezien worden dat streven naar vermindering van entropie. Het is jammer dat in de net verschenen Bètacanon bij Entropie de voortdurende vermindering ervan door de levensordening niet vermeld wordt. Want vele mensen zijn onkundig van dit essentiële levensproces. Zo wordt dan ook niet begrepen dat juist een vergroting van de energiestromen in onze biosfeer de opgebouwde weerstandssystemen vernietigt. Dit leidt bijvoorbeeld tot de rampzalige aantasting van de biodiversiteit, tot ontbossing & erosie, doorzonwoningen, bijna 1 miljard auto's en in het algemeen tot verkwistende samenlevingen. Het probleem voor de rijke landen is niet een te weinig maar een teveel aan energie. Proberen onze huidige, onintelligente verspil-economieën van energie -uit welke bron dan ook- te blijven voorzien houdt ons af van de dringend noodzakelijke omslag naar drastische bezuinigingen en slimme systemen van energie- en materiaalbehoud. Gezet tegenover onze 'hoog-entropische' verspilmaatschappijen zijn de alternatieve energiebronnen zwak. Maar dat is, ecologisch en dus ook economisch gezien, juist hun waarde!